De fluisterkelders

Hans Kuyper, Hans Kuyper

Lev liet zich over de rand van het asfalt zakken tot zijn voeten het puin raakten. Een steen rolde weg en verdween in het water. De rest van de kademuur leek stevig genoeg om op te lopen. Bij de ingang van het riool trok hij zich op aan een verbogen spijl. Hij zag een gat in het hek dat breed genoeg was om hem door te laten. Hij kon naar binnen! Na een verschrikkelijke storm ontdekt Lev een onderaardse gang. Het lijkt wel of er in het duister een lichtje flakkert. Vanuit de gang nadert een schim! Ineens staat er een meisje naast hem: Rosalinde, maar ze noemt zich Roz. Samen belanden ze bij de fluisteraars, een volk dat in het geheim in de kelders van de stad woont. Is alles wel wat het lijkt in het rijk van de fluisteraars? En vooral... hoe kom je er weer weg? Bron: Flaptekst, uitgeversinformatie